Pensioen voor ouderen

Bent U onderhand ook klaar met die constante veranderingen van uw aanvullend pensioen?

Wat is het probleem?

We hebben allemaal ons leven lang voor ons pensioen betaald. Het was uitgesteld loon dat door het pensioenfonds collectief in aandelen, obligaties en vastgoed werd belegd. Als u 40 jaar heeft gewerkt, heeft u daarvan 8 jaar geen inkomen ontvangen maar moest dit verplicht afdragen voor uw oude dag. Met 65 jaar werd uw eigen geld met het opgeleverde rendement voor de rest van uw leven weer aan u uitgekeerd. Een actuaris zorgde voor de onderbouwing en berekening en een accountant zag erop toe dat de begroting in orde was. De pensioenwet tenslotte, zag erop toe dat er geen misbruik van werd gemaakt en iedereen kreeg waar hij recht op had. Daarmee hebben we samen het beste- en rijkste pensioen opgebouwd van de hele wereld. Toen het fout ging met de economie tijdens de afgelopen crisis, hadden ook de pensioenfondsen hieronder te lijden. Omdat ze echter altijd voor een lange termijn beleggen, bleek dit achteraf mee te vallen. Zo heeft het ABP gemiddeld 7% rendement gehaald in de afgelopen 30 jaar. En tijdens de crisis het vermogen zelfs kunnen verdubbelen. Er zit dan ook meer dan genoeg geld in de pensioenpot om aan alle verplichtingen nu, en in de toekomst te kunnen voldoen. Er is dus eigenlijk helemaal geen probleem, het geld klotst over de randen en de pensioenfondsen floreren als nooit tevoren.

Wat heeft de overheid met de pensioenen gedaan?

De overheid heeft altijd met begerige ogen gekeken naar het gezamenlijke vermogen van de pensioenfondsen. Dit is inmiddels opgelopen tot 1500 miljard Euro, bijna twee keer zoveel als we met zijn allen elk jaar in Nederland verdienen. Omdat het pensioen een zaak is tussen werkgevers en werknemers, kon de overheid niet aan dat geld komen. Tot het moment dat het tijdens de crisis even niet goed leek te gaan met de pensioenen. Omdat de overheid de plicht had om te zorgen dat iedereen een pensioen kreeg waar hij recht op had, werd dit argument meteen aangegrepen om de pensioenen te gaan veranderen. Om problemen en kortingen te voorkomen, werden de pensioenen in 2015 'duurzamer' en 'toekomstbestendiger' gemaakt. Althans dat werd u wijs gemaakt want we weten inmiddels dat het tegendeel waar is en er sindsdien ieder jaar met kortingen wordt gedreigd. Om maar te zwijgen over het niet meer indexeren (aanpassen aan de kosten van levensonderhoud). Dat komt omdat de overheid het pensioenvermogen wil gebruiken voor andere doelen dan pensioenuitkeringen.

Waarom heeft de overheid ons pensioensysteem veranderd?

Als we de propaganda en politieke retoriek hierover even laten voor wat het is, blijkt dat er een aantal zaken zich hebben voltrokken. Op de eerste plaats heeft de overheid, als grootste werkgever, kunnen bezuinigen op pensioenpremies. Dat scheelde de overheid 6 miljard Euro ineens en ieder jaar 2 miljard Euro aan premies. U werd wijsgemaakt dat u er iedere maand meer geld bijkreeg en dat was goed voor de economie. Verder zat de overheid slecht bij kas. Zij had ambitieuze plannen met de energietransitie en het klimaatbeleid. Dat kost veel geld aan subsidies. De belastingdruk was al torenhoog en het kabinet wilde de staatsschuld ook afbouwen. Het rendement van het pensioenvermogen is vele malen groter dan de verplichtingen en deze pot wordt dus alleen maar groter zonder uitgekeerd te hoeven worden aan de deelnemers. Het is daarom goed mogelijk, dat het kabinet Rutte dit geld uit ons pensioenvermogen haalt. Tekenen, die daarop wijzen zijn o.a. gigantische investeringen (58 miljard) die het ABP wil plegen in het Nederlandse klimaatbeleid.

We weten ook allemaal dat deze veranderingen in eerste instantie voornamelijk draaien op subsidies en vrijwel geen rendement opleveren. De wetswijziging heeft er ook toe geleid, dat de pensioenfondsen solvabel worden gemaakt. Dat wil zeggen dat zij zoveel geld in kas moeten hebben, dat zij nu meteen met de huidige lage rentestand iedereen uit kunnen betalen die geld heeft ingelegd. Het heeft er daardoor alle schijn van, dat de overheid de pensioenfondsen wil gaan 'privatiseren' en verkopen aan de verzekeraars die een winstoogmerk hebben en daardoor veel meer kosten in rekening brengen. Of, helemaal een drama, aan de EU die van plan is een gezamenlijk Europees pensioenfonds in het leven te roepen. Dan moeten wij dus gaan betalen voor de landen die veel minder hebben gespaard en waarvan in alle landen, behalve Nederland en Duitsland de mensen momenteel nog gewoon met 65 jaar met pensioen gaan.

Tenslotte vond de regering dat de pensionado's het toch al goed hadden en best wat konden inleveren en deze ingreep, omdat het ouderen betrof, geen weerstand van betekenis opleveren.

Het is hoe dan ook een feit, dat de pensioenen na de ingreep van de overheid zijn versoberd terwijl dit helemaal niet nodig is. U werd wijsgemaakt dat er op de pensioenen moest worden bezuinigd omdat 'we niet in de toekomst kunnen kijken'. Daarbij gaat men achteloos voorbij aan het feit dat pensioenfondsen nu juist in het leven zijn geroepen om in de toekomst te kijken. Zij hebben alle middelen en mogelijkheden meegekregen om op zeer lange termijn te beleggen en daardoor uw pensioen zeker te stellen.

Hoe is dat in zijn werk gegaan?

Om haar doel te kunnen bereiken, moest de overheid eerst zorgen dat zij weer de controle kreeg over onze pensioenen. Die aanleiding deed zich voor toen het tijdens de crisis even niet goed leek te gaan met de pensioenen. Er kwam een commissie Goudswaard, Frijns en Witteveen en de overheid nam in 2015 met een wetswijziging in feite het beleid van de pensioenfondsen over. De Nederlandse Bank, die toezicht hield op de pensioenfondsen bepaalde dat er voortaan niet meer met de opbrengsten van beleggingen mocht worden gerekend, maar met een extreem lage spaarrente. Deze rente was uitsluitend afgeleid van de rentes van Nederlandse staatsleningen en hield dus geen rekening met de opbrengst van aandelen en vastgoed. We zien dan ook dat Nederland veel lager uitkomt dan alle andere Europese landen die werken met een pensioenrente, die door de Europese Centrale Bank is vastgesteld voor de EU-landen.

Sterker, de pensioenfondsen moeten ook met een veel lager rendement rekenen dan de Nederlandse verzekeraars, die ook in pensioenen doen en ook onder toezicht staan van de Nederlandse Bank. Door deze bizarre maatregelen kwamen de meeste pensioenfondsen in onderdekking en konden ineens niet meer aan hun verplichtingen voldoen. Er moesten daarom herstelplannen worden ingediend, die de Nederlandse Bank (lees overheid) moest goedkeuren. Vergeet niet, dat ook de Nederlandse Bank bestaat uit bankiers. Die willen, als tegenwicht van de Europese Bank tegen het bijdrukken van geld en het opkopen van staatsleningen, zoveel mogelijk kapitaal 'proppen' in de Nederlandse financiële instellingen. Dat staat in schril contrast met de doelstelling van een pensioenfonds, die het behaalde rendement behoort uit te keren aan de deelnemers.

We zien dus dat de pensioenfondsen door de overheid kunstmatig en tegen de marktwerking in, zich arm moesten rekenen en daardoor hun beleggingsbeleid voortaan door de overheid moesten laten goedkeuren. Het uitgangspunt van een herstelplan is, dat de pensioenfondsen met weinig risico beleggen. Zoals in staatsleningen. Dat levert weliswaar minder geld op dan aandelen maar de uitbetaling is gegarandeerd. Dat mocht in het verleden waar zijn, momenteel is de rente op staatsleningen dermate laag, dat deze handelwijze de pensioenfondsen alleen maar geld kost in plaats van oplevert. Alsof dat niet erg genoeg is, moeten de pensioenfondsen met de 'herstel' plannen ook investeren in staatsleningen van andere Europese landen. Die zijn immers ook 'veilig'. Hier zitten ook landen bij, waarbij het helemaal niet goed gaat met de economie. Omdat deze landen leningen kunnen krijgen van onze pensioenen waar zij niets voor hoeven te betalen, kunnen zij op die manier hun begrotingen toch rond krijgen. Dat geld zien we dus nooit meer terug (vergelijk het maar met de leningen aan Griekenland).

Tegelijkertijd werd de pensioenleeftijd verhoogd van 65 naar 67 jaar en verder. Die leeftijdsverhoging was daarvoor nooit aangepast. U en ik vragen zich dan af wat de pensioenfondsen dan al die tijd hebben gedaan want het is toch logisch dat de mensen steeds ouder worden. Dat is nooit gebeurd omdat er nu eenmaal was afgesproken dat de pensioenleeftijd op 65 jaar lag en er was toch altijd ruim voldoende geld in kas om hiervoor te compenseren. Dat is nog steeds zo, maar de verhoging werd desondanks door het kabinet ingevoerd. Werkenden betalen namelijk meer belasting dan gepensioneerden.

Door deze leeftijdsverhoging kon het kabinet ook bepalen dat voortaan iedereen (en met name de overheid) minder premie zou gaan betalen en dus meer zou kunnen uitgeven. Intussen komt iedereen erachter dat hij helemaal niet meer geld kan uitgeven maar de overheid heeft het geld al binnen. Door deze maatregel betalen de jongeren nu minder premie dan de ouderen voorheen deden. En krijgen daarom straks ook minder pensioen. We zien dit argument telkens weer naar boven komen en tweespalt zaaien tussen de generaties. Dat komt uitsluitend door de premieverlaging van de overheid en heeft niets te maken met het beleid- of vermogen van de pensioenfondsen.

Als we alle feiten even op een rijtje zetten, blijkt dat de pensioenen veel onzekerder zijn dan voorheen, de overheid minder premie afdraagt en het vermogen nu wordt aangewend voor politieke doeleinden. Als dit beleid wordt voortgezet, is de pensioenpot straks leeg en moeten we inderdaad allemaal korten. En, zoals Klijnsma het uitdrukte: "Er maar een moestuintje bij nemen".

Waarom zijn de zelfstandige pensioenfondsen hiermee akkoord gegaan?

Er is al aangehaald dat het tijdens de crisis even wat minder leek te gaan met de pensioenfondsen. Daardoor had de overheid, wettelijk gezien de mogelijkheid om in te grijpen.

Afspraken over pensioenen worden gemaakt door de werkgevers en werknemers. De pensioendeelnemers hebben geen zelf geen inspraak maar worden vertegenwoordigd door de vakbonden. Het staat vast dat niet alle beslissingen van de vakbond in het belang van de pensioenen zijn uitgevallen. Het is ook geen geheim dat veel vakbondsleiders later de politiek zijn ingegaan. Dat kan natuurlijk zijn omdat zij een brede aanhang meenemen en denken in de politiek meer voor de pensioendeelnemers te kunnen bereiken. Het is ook denkbaar, dat zij in de politiek zijn beland als beloning voor hun bewezen diensten. Dat laat ik aan u.

Om te zien hoe een zelfstandig pensioenfonds verweven is met de politiek, neem ik het ABP als voorbeeld. Dit is het grootste pensioenfonds waarbij de overheid als werkgever fungeert.

In het verleden werd het ABP beheerd door het Ministerie van Financiën. Er werden jarenlang door de overheid geen pensioenpremies afgedragen en volgens het rapport van de Rekenkamer werd het fonds in de jaren '90 nog eens voor 32,96 extra miljard gulden benadeeld (de uitname wetten). Dit geld verdween naar de overheid om de begrotingen kloppend te kunnen maken en is nooit terugbetaald. Omdat de overheid natuurlijk onvoldoende geld had om uit te keren, werd het ABP in 1996 een zelfstandige en onafhankelijke stichting gemaakt.

Als ik een voorzitter zouden moeten aanstellen van een ABP-fonds met een vermogen van momenteel bijna 400 miljard Euro, zou mijn voorkeur uitgaan naar een accountant. De overheid vond het 'netwerk' in Den Haag van het voorzitterschap echter belangrijker dan deskundigheid en ging over tot het benoemen van voornamelijk politici als voorzitters. Deze voorzitters zagen deze functie echter als een van hun vele bijbanen.

Bert de Vries deed dit part time en Elco Brinkman besteedde slechts een dag per week aan het ABP. Harry Borghouts, voorheen commissaris van de Koningin in Noord-Holland, liet deze provincie met een schuld achter van 78 miljoen Euro als gevolg van de affaire Icesave/Landsbanki. De Nederlandse Bond voor Pensioenen twijfelde ernstig aan zijn deskundigheid en betrouwbaarheid en hij werd met een motie van wantrouwen in 2009 van zijn ABP-voorzitterschap ontheven.

Vervolgens kwam Ed Nijpels aan het roer van het ABP te staan. Hij had op het moment van aantreden bij het ABP 25 nevenfuncties. Net als zijn voorgangers, Harry Borghouts en Elco Brinkman, grossierde Nijpels dus in bestuursfuncties en had hij geen verstand van pensioenen, aldus de Nederlandse Bond voor Pensioenen. Medio februari 2010 maakte Nijpels zijn aftreden bij het ABP bekend, nadat was gebleken dat tijdens zijn rol als commissaris bij de DSB deze bank failliet was gegaan.

Op het moment dat alle Nederlandse banken met solvabiliteitsproblemen zaten werd Henk Brouwer, een topman bij de Nederlandse Bank, als voorzitter van het ABP benoemd. Het ABP ging vervolgens investeren in 'onderwater-hypotheken' van Nederlandse banken. Mogelijk heeft hij een rol gespeeld bij de afhandeling van de aandelen in 'rommel hypotheken' die het ABP in 2007 had gekocht van JPMorgan Chase, Goldman Sachs en Morgan Stanley. Banken met een zeer frauduleuze reputatie. Brouwers vertrok weer even snel als dat hij was aangetreden en nu zit Corien Wortmann-Kool er als voorzitster. Een politica met een verpleegstersopleiding en goede bekende van Jeroen Dijsselbloem sinds haar samenwerking met hem bij de Banken Unie in de EU. Het is duidelijk, dat geen van deze voorzitters deskundig waren.

Wat ook opvalt, is dat veel van deze politici momenteel een belangrijke rol spelen in de totstandkoming van het klimaatbeleid. Om te beginnen is Mevr. Wortmann een sterk voorstandster van 'groen' en 'duurzaam' investeren. Zo wil het ABP in 2020 de CO2-voetafdruk van de aandelenbeleggingen met een kwart terugbrengen. Ook moet er dan zijn belegd in hernieuwbare energie, zoals zonne- en windenergie. Verder valt In het jaarverslag van 2018 te lezen dat het ABP bijdraagt aan de energietransitie in Nederland en samen met het APG het Nederlands Energietransitiefonds heeft ingericht, dat begin 2019 van start is gegaan. Het kan natuurlijk zijn dat het ABP wil investeren in innovatieve projecten. U moet dan wel beseffen dat alle, voorheen Nederlandse energiebedrijven inmiddels zijn verkocht en in buitenlandse handen zijn. Tenslotte is Mevr. Wortmann ook lid van de Raad van Bestuur van AEGON, een verzekeraar die ook in pensioenen doet. Als je dat zou willen denken, is zij dan ook een spil in het mogelijk privatiseren van het pensioenfonds.

Ed Nijpels, ex voorzitter van het ABP, is nu voorzitter van het klimaatberaad. Hij wordt ook wel de 'klimaatpaus' genoemd en heeft grote bevoegdheden.

Gerard van Olphen is de voorzitter van de Raad van Bestuur van het Algemene Pensioen Groep (APG), een dochteronderneming van het ABP die de investeringen pleegt. Hij is toevallig ook voorzitter van de taakgroep Financiering van het Klimaatberaad. Hij moet dus o.a. de financiering van subsidies van de windmolenparken gaan bedenken.

De vraag is nu, of deze personen in hun huidige (neven)functie het vermogen van het ABP buiten beschouwing laten en het fonds laten investeren in projecten die het meeste rendement opleveren. Per slot van rekening is het doel van een pensioenfonds om een, zo groot mogelijk rendement voor de deelnemers te behalen. Zij heeft geen maatschappelijke functie. En als het 'netwerk' met Den Haag voor het ABP zo belangrijk was, wat heeft dat dan uiteindelijk opgeleverd en hoe is het dan mogelijk dat er een grondige, voor de deelnemers zeer nadelige- en voor de overheid uiterst voordelige hervorming van het pensioenstelsel in gang werd gezet.

Je kunt je verder afvragen waarom het ABP, als zelfstandige stichting en met het belang van haar deelnemers voorop, haar zetel niet 20 kilometer verderop verplaatst naar Duitsland of België. Dat kan binnen de EU-constellatie en daar zijn de rekenrentes voldoende en kan iedereen op dit moment het pensioen krijgen waar ze aanspraak op maken. Het fonds zal er met open armen worden ontvangen.

Wat is nu de stand van zaken?

We zien dus dat de overheid met de pensioenhervorming voortaan de pensioenleeftijd- en de premies bepaalt. Door de herstelplannen heeft zij verder door toedoen van de Nederlandse Bank invloed op het soort beleggingen, het rendement en de manier waarmee wordt gerekend hoe de pensioenen erbij staan. De zelfstandige pensioenfondsen zijn hierdoor in feite uitkeringsloketten geworden die aan de grillen van politici moeten gehoorzamen. De overheid heeft ondertussen al flink aan ons uitgestelde loon verdiend. Sommige deskundigen hebben het over 400 miljard van het totale pensioenvermogen dat al is 'verdampt' en daar plukken we nu dagelijks de zure vruchten van.

We hebben het toch allemaal nog goed... Wat betekent dit nu voor u?

Stel, u bent in 2008 met pensioen gegaan en heeft een aanvullend pensioen van 500 Euro. Door niet te indexeren, is uw 500 Euro nu nog maar 400 Euro waard. En over 10 jaar nog maar de helft, 250 Euro. Als er ook gekort gaat worden is uw 500 euro over 10 jaar nog maar 100 Euro waard. Als u nog werkt en pensioen betaalt, werken de premieverlagingen en het niet indexeren jaar-in en jaar-uit voor u door waardoor u straks een aanzienlijk minder pensioen krijgt. Rekent u vooral niet op de AOW. Dit systeem begint een steeds groter beslag te leggen op de overheidsuitgaven. De AOW is een omslagsysteem (de jongeren betalen voor de ouderen) en heeft een politiek mandaat. Dat wil zeggen dat, in tegenstelling tot het aanvullend pensioen, de overheid hier naar believen in kan snijden. Er is nu al een tendens gaande, dat de AOW wordt verhoogd als er verkiezingen aankomen. Wees erop bedacht dat dit geldt tot het moment waarop er 'tegenvallers' worden aangekondigd.

Kan het ook anders?

Jazeker, dat beginnen steeds meer pensioendeskundigen ook te beseffen. De oplossing is even eenvoudig als effectief. Haal de pensioenen bij de overheid vandaan en geef de pensioenen terug aan de zelfstandige pensioenfondsen. De pensioenfondsen hebben als doel hun verdiensten uit te keren aan de deelnemers en niet aan allerlei politieke wenslijstjes. Daar is het pensioen ook voor bedoeld. Zij hanteren daarbij een rekenmethode die uitgaat van het daadwerkelijke markt rendement. Zelfs als zij zeer voorzichtig en behoudend rekenen, blijkt er dan ineens weer voldoende in kas te zitten om niet te hoeven korten en weer over te gaan tot indexeren. En dat geldt ook voor de toekomstige generaties.

Wat staat u en mij te doen?

Bij de pensioenwetswijziging blijkt, dat er voornamelijk politieke keuzes in ons pensioenstelsel zijn gemaakt. We hebben met zijn allen een gigantisch vermogen opgebouwd maar mogen daar geen rekening mee houden. De overheid maakt goede sier met ons geld en daardoor staan er straks kortingen voor de deur en wordt er al jaren niet meer geïndexeerd waardoor uw pensioen ieder jaar minder waard wordt. Als u vindt dat u recht heeft op een fatsoenlijk- en rechtvaardig pensioen, kunt u dit kenbaar maken in het stemhokje voor de komende landelijke verkiezingen. Er zijn gelukkig ook partijen die zich inzetten om de hele pensioenverandering terug te draaien. En terug te geven waar het thuishoort. Bij de pensioenfondsen voor de deelnemers. Stem dus voortaan op uw eigen portemonnee en niet op die van politici. De beschaving van een volk wordt afgemeten aan de manier waarop men met ouderen en zwakkeren omgaat. Ik wens u nog een fijne oude dag toe.

28-11-2019 - Beer van Huet, Jachtvlieger BD